Persoonlijke instellingen

Panamarenko

Uit Tuencyclopedie

Share/Save/Bookmark
 
Regel 5: Regel 5:
=== Verwarring ===
=== Verwarring ===
----
----
-
[[Bestand:Lemma 154 Foto 2.jpg|thumb|left|300px|'''Titel:''' De Umbilly-1 krijgt bij plaatsing in de faculteitsbibliotheek Bouwkunde als symbolische laatste montagehandeling zijn vleugels aangemeten '''Jaar:''' januari 1989 '''Foto:''' [[Archief TUE]] ]]
+
[[Bestand:Lemma 154 Foto 2.jpg|thumb|left|300px|'''Titel:''' De Umbilly-1 krijgt na plaatsing in de faculteitsbibliotheek Bouwkunde als symbolische laatste montagehandeling zijn vleugels aangemeten '''Jaar:''' januari 1989 '''Foto:''' [[Archief TUE]] ]]
Later ontwerpt de meestal in fantasieuniformen geklede kunstenaar ook auto’s, onderzeeërs, zeppelins en motoren. De ‘Pastillemotor’ is speciaal bedoeld voor rugzakvliegen. Hij bouwt ook een ruimteschip dat zich op magnetische kracht moet voortbewegen. De ‘Blauwe archeopteryx’ heeft zonnecellen en een elektronisch brein, zodat deze oervogel van zijn fouten kan leren. Het werk van Panamarenko roept vaak verwarring op: is dit een combinatie van kunst en wetenschap? Kunnen zijn vliegtuigen werkelijk vliegen? Die verwarring wordt nog groter omdat hij talloze technische berekeningen en tekeningen maakt. Sommige ‘vliegtuigen’ test hij ook daadwerkelijk uit, met wisselend succes. Zo wil hij in 1971 met een enorme met helium gevulde ballon van België naar Sonsbeek bij Arnhem vliegen. Terwijl iedereen daar staat te wachten, blijken er problemen te zijn met de vergunning en gaat de reis niet door. Hij gebruikt bij voorkeur ideeën die ingenieurs laten liggen, terwijl het resultaat vaak aandoenlijk aandoet. Zijn kunstwerken zijn van alledaagse hulpmiddelen gemaakt; een fietszadel en -ketting of wat stukjes touw zijn geen abnormale onderdelen. Wat Panamarenko wil is een mogelijke realiteit beschrijven die afwijkt van geaccepteerde natuurkundige theorieën. Hij beweegt zich altijd op de grens van het mogelijke en het onmogelijke. Of zoals hij zelf zegt: “Als de vliegobjecten alle magie en poëzie van het vliegen hebben, zijn ze ‘af’.” Als een vliegtuigfabriek aanbiedt om een van zijn vliegtuigen in het groot te bouwen, zodat onderzocht kan worden of het ding echt kan vliegen, weigert Panamarenko. Dan zou de droom voorbij zijn. Wat wetenschappers van zijn auto’s, vlieg- en vaartuigen vinden, heeft niet zo veel te maken met zijn doelstellingen, zo blijkt uit een interview dat hij gaf in 2001: “Een wetenschapper is blind voor expressie van een object, hij ziet alleen de functie, het wetenschappelijke bewijs. Het enige wat van belang is, is iets te maken dat schoonheid heeft. Daar zijn te weinig mensen mee bezig en er is geen grotere vorm van plezier.” In 2002 vindt de ‘Umbilly 1’ zijn plek in het gebouw Vertigo van de faculteit Bouwkunde. Inmiddels is de kunstenaar meer dan geaccepteerd. Regelmatig wordt de kwetsbare Umbilly door de TU/e uitgeleend voor internationale tentoonstellingen. De organisatoren betalen zonder morren de verzekeringspremie voor het werk. De verzekerde waarde benadert een bedrag van een half miljoen euro.
Later ontwerpt de meestal in fantasieuniformen geklede kunstenaar ook auto’s, onderzeeërs, zeppelins en motoren. De ‘Pastillemotor’ is speciaal bedoeld voor rugzakvliegen. Hij bouwt ook een ruimteschip dat zich op magnetische kracht moet voortbewegen. De ‘Blauwe archeopteryx’ heeft zonnecellen en een elektronisch brein, zodat deze oervogel van zijn fouten kan leren. Het werk van Panamarenko roept vaak verwarring op: is dit een combinatie van kunst en wetenschap? Kunnen zijn vliegtuigen werkelijk vliegen? Die verwarring wordt nog groter omdat hij talloze technische berekeningen en tekeningen maakt. Sommige ‘vliegtuigen’ test hij ook daadwerkelijk uit, met wisselend succes. Zo wil hij in 1971 met een enorme met helium gevulde ballon van België naar Sonsbeek bij Arnhem vliegen. Terwijl iedereen daar staat te wachten, blijken er problemen te zijn met de vergunning en gaat de reis niet door. Hij gebruikt bij voorkeur ideeën die ingenieurs laten liggen, terwijl het resultaat vaak aandoenlijk aandoet. Zijn kunstwerken zijn van alledaagse hulpmiddelen gemaakt; een fietszadel en -ketting of wat stukjes touw zijn geen abnormale onderdelen. Wat Panamarenko wil is een mogelijke realiteit beschrijven die afwijkt van geaccepteerde natuurkundige theorieën. Hij beweegt zich altijd op de grens van het mogelijke en het onmogelijke. Of zoals hij zelf zegt: “Als de vliegobjecten alle magie en poëzie van het vliegen hebben, zijn ze ‘af’.” Als een vliegtuigfabriek aanbiedt om een van zijn vliegtuigen in het groot te bouwen, zodat onderzocht kan worden of het ding echt kan vliegen, weigert Panamarenko. Dan zou de droom voorbij zijn. Wat wetenschappers van zijn auto’s, vlieg- en vaartuigen vinden, heeft niet zo veel te maken met zijn doelstellingen, zo blijkt uit een interview dat hij gaf in 2001: “Een wetenschapper is blind voor expressie van een object, hij ziet alleen de functie, het wetenschappelijke bewijs. Het enige wat van belang is, is iets te maken dat schoonheid heeft. Daar zijn te weinig mensen mee bezig en er is geen grotere vorm van plezier.” In 2002 vindt de ‘Umbilly 1’ zijn plek in het gebouw Vertigo van de faculteit Bouwkunde. Inmiddels is de kunstenaar meer dan geaccepteerd. Regelmatig wordt de kwetsbare Umbilly door de TU/e uitgeleend voor internationale tentoonstellingen. De organisatoren betalen zonder morren de verzekeringspremie voor het werk. De verzekerde waarde benadert een bedrag van een half miljoen euro.
  [[Category:Index A-Z]] [[Category:P]] [[Category:Kunst en Cultuur]] [[Category:P-Bronvermelding]]
  [[Category:Index A-Z]] [[Category:P]] [[Category:Kunst en Cultuur]] [[Category:P-Bronvermelding]]

Huidige versie per 2 feb 2024 11:07