IJzeren J. van
Uit Tuencyclopedie
(→THE) |
(→Oorlog) |
||
Regel 7: | Regel 7: | ||
---- | ---- | ||
- | Het is 1931 wanneer Van IJzeren met een dubbel gymnasiumdiploma op zak (zowel alfa als bèta) in Leiden gaat studeren. Van wiskunde zwaait hij al snel om naar rechten. Zijn vader, classicus en rector van het Gymnasium Haganum, heeft op die omzwaai aangedrongen, met het oog op het vinden van een baan. Hij haalt zijn meesterstitel in 1938, maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en hij besluit zich alsnog in te schrijven voor de studie wiskunde. Al in 1939 publiceert hij een artikel over meetkunde in het blad ''Euclides ''en er zullen er meer volgen. In 1941 vindt Van IJzeren een baan bij de Nationale Levensverzekeringsbank in Rotterdam en in datzelfde oorlogsjaar publiceert hij zijn eerste boek ''Moderne vlakke meetkunde. ''Bij een bombardement gaat echter de hele oplage in vlammen op. Zoals voor zovelen van zijn generatiegenoten speelt de Tweede Wereldoorlog een ingrijpende rol in zijn leven. Over zijn oorlogsherinneringen publiceert hij in 1969 een cynisch getoonzet artikel in het blad ''Utopia, ''waarin hij opvallend mild oordeelt over zijn behandeling door de Duitsers. In 1943 wordt hij op transport gezet naar Frankfurt, om daar als fabrieksarbeider te werken. “De trein is een nare herinnering; niet de militaire bewaking of de oude wagons op een snikhete dag, maar de landgenoten, met meegekregen lekkers, al maar etend en daarna suf.” In Dillenburg weet hij uit de trein te ontsnappen en daarna vindt hij onderdak in Hamburg, waar hij ‘de hel der Engelse fosforbombardementen’ meemaakt. Hij onderneemt een poging om naar Zwitserland te vluchten, maar wordt schuilend onder een brug betrapt en gearresteerd. Hij wordt afgevoerd naar een gevangenis, respectievelijk ondervraagd door de Gestapo en er staat hem deportatie naar een concentratiekamp te wachten. Maar Van IJzeren wordt zwaar ziek en de dokter verklaart hem tot ''hoffnungsloser Fall. ''Hij mag in het ziekenhuis blijven om de dood af te wachten. Maar hij herstelt (ook al zal hij zijn verdere leven longproblemen houden) en valt dus wonder boven wonder in een ambtelijke buitencategorie. Als ''lästiger Ausländer ''wordt hij in februari 1944 op transport gezet naar Venlo. Daar mist hij op 22 februari de trein die op het station van Nijmegen de volle laag zal krijgen wanneer de Amerikanen daar bij vergissing de stad bombarderen, met zeshonderd doden als triest gevolg. Tot de bevrijding blijft hij ondergedoken. | + | Het is 1931 wanneer Van IJzeren met een dubbel gymnasiumdiploma op zak (zowel alfa als bèta) in Leiden gaat studeren. Van wiskunde zwaait hij al snel om naar rechten. Zijn vader, classicus en rector van het Gymnasium Haganum, heeft op die omzwaai aangedrongen, met het oog op het vinden van een baan. Hij haalt zijn meesterstitel in 1938, maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en hij besluit zich alsnog in te schrijven voor de studie wiskunde. Al in 1939 publiceert hij een artikel over meetkunde in het blad ''Euclides ''en er zullen er meer volgen. In 1941 vindt Van IJzeren een baan bij de Nationale Levensverzekeringsbank in Rotterdam en in datzelfde oorlogsjaar publiceert hij zijn eerste boek ''Moderne vlakke meetkunde. ''Bij een bombardement gaat echter de hele oplage in vlammen op. Zoals voor zovelen van zijn generatiegenoten speelt de Tweede Wereldoorlog een ingrijpende rol in zijn leven. Over zijn oorlogsherinneringen publiceert hij in 1969 een cynisch getoonzet artikel in het blad ''Utopia, ''waarin hij opvallend mild oordeelt over zijn behandeling door de Duitsers. In 1943 wordt hij op transport gezet naar Frankfurt, om daar als fabrieksarbeider te werken. “De trein is een nare herinnering; niet de militaire bewaking of de oude wagons op een snikhete dag, maar de landgenoten, met meegekregen lekkers, al maar etend en daarna suf.” In Dillenburg weet hij uit de trein te ontsnappen en daarna vindt hij onderdak in Hamburg, waar hij ‘de hel der Engelse fosforbombardementen’ meemaakt. Hij onderneemt een poging om naar Zwitserland te vluchten, maar wordt schuilend onder een brug betrapt en gearresteerd. Hij wordt afgevoerd naar een gevangenis, respectievelijk ondervraagd door de Gestapo en er staat hem deportatie naar een concentratiekamp te wachten. Maar Van IJzeren wordt zwaar ziek en de dokter verklaart hem tot ''hoffnungsloser Fall. ''Hij mag in het ziekenhuis blijven om de dood af te wachten. Maar hij herstelt (ook al zal hij zijn verdere leven longproblemen houden) en valt dus wonder boven wonder in een ambtelijke buitencategorie. Als ''lästiger Ausländer ''wordt hij in februari 1944 op transport gezet naar Venlo. Daar mist hij op 22 februari de trein die op het station van Nijmegen de volle laag zal krijgen wanneer de Amerikanen daar bij vergissing de stad bombarderen, met zeshonderd doden als triest gevolg. Tot de bevrijding blijft hij ondergedoken. |
=== Dijkstra === | === Dijkstra === |